77 1277 Terborgh F C Assche P van 1879 1974
77/1277 [Terborgh, F.C.]. Assche, P. van (1879-1974). De Condottiere. Painting, gouache and pastel/ crayon on board, 42,5x36 cm., signed "Petrus van Assche", orig. frame (verso w. label "DES CADRES/ L. Bourbon/ (...) Paris").

- Frame with a few sm. imperfections.

= The original painting that inspired Terborgh to write the story De Condottiere: "ÉWe maken nu weer een grote sprong: van 1916 ga ik naar 1937. Ik zit in St. Jean-de-Luz, tijdens de Spaanse burgeroorlog, en vind in de Nieuwe Rotterdamse Courant een verslag van een tentoonstelling in Brussel van een zekere Petrus van Assche, een schilder. Bij deze bespreking is een van zijn schilderijen afgebeeld, genaamd De Condottiere. Ik ben dusdanig onder de indruk van de evocatie van deze Vlaming, dat ik onmiddellijk naar Brussel schrijf, het schilderij koop, dat veertien dagen later bij mij, keurig door de post bezorgd, op tafel in St Jean-de-Luz lag. Dat kon nog in dat akelige Europa van voor de oorlog! Het heeft niet lang geduurd of ik had het antwoord op wat van Assche had willen zeggen. De verklaring van wat Petrus van Assche gevoceerd had, is door mij gegeven in het korte verhaal De Condottiere, opgenomen in mijn eerste bundel. Het is geschreven in een namiddag zonder enige moeite, want wat hebben we hier: we hebben aan de ene kant de schepping van een Vlaming en daarop de onmiddellijke reactie van een noorderling. Dus een gelijkgerichte belangstelling, een gelijkgericht denken, in zekere mate een gelijke gevoelswereld. Ik heb dat nooit vergeten." (F.C. Terborgh in H.C. TEN BERGHE, Een schrijver als grenskozak - F.C. Terborgh over zichzelf en zijn werk (Amst., 1977).

The painting came in the possesion of the present owner through the journalist Giacomo Antonini, a friend of Terborgh, who wrote about art and literature for i.a. Het Vaderland, Groot Nederland, Forum and NRC. In "Een charmante Einzelgänger", his recollections on occasion of the passing of Terborgh, published in NRC Handelsblad of 3 July 1981, he wrote: "(...) Toen hij in Peking gestationeerd zou worden, kwam hij op weg naar Nederland vanuit Spanje met MarguŽrite door Parijs. Hij had een schilderij bij zich van een Vlaamse schilder dat hij had gekocht na een foto ervan in een krant gezien te hebben. Hij had het uit Brussel laten komen omdat het een diepe indruk op hem gemaakt had. Elke dag ernaar kijken bracht hem er toe zijn korte verhaal De Condottiere te schrijven. Het stelt een eenzame ruiter voor op woest strand. Daar hij er zo op gesteld was, wilde hij het ingelijst hebben, zodat we samen naar een lijstenmaker op de Boulevard Raspail gingen. Maar toen we een paar dagen later - juist voor zijn vertrek - het gingen afhalen, zei de lijstenmaker dat hij geen tijd had gehad en dat het pas over ongeveer drie weken klaar zou zijn. Terborgh betaalde de kosten en wij spraken af dat, daar hij al met Buitenlandse Zaken in Den Haag had geregeld dat ik zijn twee zoontjes (ik ben de peetvader van zijn jongste zoon) later in het jaar naar Peking zou vergezellen, als hij en MarguŽrite na een verblijf op Java daar al zouden zijn, ik het schilderij mee zou brengen naar Peking. Een paar weken later viel Hitler Tsjecho-Slowakije binnen en vanwege het oorlogsgevaar ging ik nooit naar PekingÉ Kort na het einde van de oorlog werd hij tot gezant benoemd in Warschau en op weg daarheen kwam hij langs Parijs en zagen we elkaar voor het eerst sinds 1938. Ik liet hem het schilderij, dat in onze eetkamer hing, zien en zei tot hem: Hier is je schilderij. Eindelijk kun je het meenemen. Hij bekeek het intens en zei na een poosje: Nee, beste vriend, het schilderij is al die tijd hier geweest en het moet hier blijven. Het is nu van jou en je moet het houden als een blijk van onze vriendschap. En zo gebeurde het. Het hangt nu in mijn studeerkamer." SEE ILLUSTRATION PLATE XXXVIII.

WITH: F.C. TERBORGH, 'De Condottiere' (IN: De Fakkel, year 1 (1941), no.7, p.537-539, orig. wr. Backstrip sl. worn).

€ (500-700) 650